er valt zoveel in te halen
met wie achter is gelaten
ik ken mensen die de doden
laten leven en laven aan hun geest
zij die beschonken of stomdronken
hunkeren naar een verleden
dat er nooit is geweest dan in liedjes
uitgeklede grietjes jongensdromen
van weleer en ongemak te missen
daar ook is de stereoscoop tweeledig
weelderig aanwezig in de verbeelding
het weten vecht tegen het geweten
het wissen sist met het gewist
bestaansrecht voor de doden van hun tijd
rust ledig in de graven beneden peil
laat de doden zichzelf begraven
zij zijn een egoïsme in een gedachtekronkel
een gemiste kans in ontluikend landschap
dat dagen door de mist in eens een teken
van driedimensionaal leven geeft
een teveel biedt hierin uitvluchten
om los te komen van de stereo
dit is stil gezet; ik was wat uitgesproken.
31.7.08
stereofoob
tweezijdig mens spiegel
syMMetrisch beeld
links en rechts gehoor
recht vooruit het oog
ziet parallel de kromme
van de afstand voor hem
uitgelijnd de diepte
van het bestaan
dit alles om de tijd
te doden die er door ontstaat
overbruggen en viaducten
pleinvrees overwinnen
en liftkokers te mijden
syMMetrisch beeld
links en rechts gehoor
recht vooruit het oog
ziet parallel de kromme
van de afstand voor hem
uitgelijnd de diepte
van het bestaan
dit alles om de tijd
te doden die er door ontstaat
overbruggen en viaducten
pleinvrees overwinnen
en liftkokers te mijden
28.7.08
IJlings
het basalt telt golven bij het wegzetten
van het water aan de kant ergens meeuwen
maar meer ook niet dan naijlen
want wegsterven is een mooie geluid
in het voorbij gaan
het gezichtseinder
onheilspellend nabij
wat scheep ging
een man werd aangereden
met in zijn gedachte
een fraaie dichtregel
die nooit meer is uit gekomen
alles rust nu besloten in een ogenblik
van het water aan de kant ergens meeuwen
maar meer ook niet dan naijlen
want wegsterven is een mooie geluid
in het voorbij gaan
het gezichtseinder
onheilspellend nabij
wat scheep ging
een man werd aangereden
met in zijn gedachte
een fraaie dichtregel
die nooit meer is uit gekomen
alles rust nu besloten in een ogenblik
22.7.08
Voor bij de scheiding, haar grens
ik sjok wat rond in m'n verleden al is dat tegenwoordig
tijd van leven, avond, schemer en meer van dat.
De huizen dragen andere namen maar die bomen
zijn blijven staan.
Ik kende er iedere gesprongen tegel
oneffenheden waar je niet om heen kon, is blijven liggen
zonder hoop op wat herstel. Het was toen, ooit, een pril
begin, er viel nog veel te stichten, alles kon op rolletjes
naar het later bleek. Om los te laten wat ook nog bond.
Er werden toen ook al veel herinneringen
bewaard, met waar ze zijn gebleven, al gaf dat hinder
bij verhuizen moest alles mee. De kinderen hoofdzakelijk
boden weerstand al leek alles verder eenvoudiger naar
het scheen.
De waterkanten zijn nog steeds verraderlijk
hetzelfde gebleven, oeverloos ook azuren juffers,
een ontdekking van de eeuw. Waar die zijn gebleven, geen idee.
Houtpantsers vliegen nu bij de vleet en zijn er wellicht
voor in de plaats gekomen.
Er rankt wel meer sindsdien.
Klimop om hogerop te komen. Gras werd kruidiger
en beduidend minder betreden. Maar daarom is het ook verleden.
Ik kom daar ook niet meer zoveel.
tijd van leven, avond, schemer en meer van dat.
De huizen dragen andere namen maar die bomen
zijn blijven staan.
Ik kende er iedere gesprongen tegel
oneffenheden waar je niet om heen kon, is blijven liggen
zonder hoop op wat herstel. Het was toen, ooit, een pril
begin, er viel nog veel te stichten, alles kon op rolletjes
naar het later bleek. Om los te laten wat ook nog bond.
Er werden toen ook al veel herinneringen
bewaard, met waar ze zijn gebleven, al gaf dat hinder
bij verhuizen moest alles mee. De kinderen hoofdzakelijk
boden weerstand al leek alles verder eenvoudiger naar
het scheen.
De waterkanten zijn nog steeds verraderlijk
hetzelfde gebleven, oeverloos ook azuren juffers,
een ontdekking van de eeuw. Waar die zijn gebleven, geen idee.
Houtpantsers vliegen nu bij de vleet en zijn er wellicht
voor in de plaats gekomen.
Er rankt wel meer sindsdien.
Klimop om hogerop te komen. Gras werd kruidiger
en beduidend minder betreden. Maar daarom is het ook verleden.
Ik kom daar ook niet meer zoveel.
Bekrompen
Op een dag ontwaak je
met één besef je voet
je leefde te zeer te klein
de maat, jou maat paste niet
maakte met wat je ziet
gekromde tenen veel verdriet
het paste eigenlijk al langer niet
komt de lengte bijna overeen
met wat jou eerder belachelijk leek
maar wat bleek te grote voet
leeft vrijer met wie het past
de schoen de maat de juiste leest
met één besef je voet
je leefde te zeer te klein
de maat, jou maat paste niet
maakte met wat je ziet
gekromde tenen veel verdriet
het paste eigenlijk al langer niet
komt de lengte bijna overeen
met wat jou eerder belachelijk leek
maar wat bleek te grote voet
leeft vrijer met wie het past
de schoen de maat de juiste leest
21.7.08
De bank is geen stoel om op te zitten.

Luister eens, of hoor mij uit
ik ben geschikt als een boeket
dat zich nu door vertaald
tot bloemhoofd van waar ik uit
in zaad schiet zeer goed uitgeplozen
voor dovemansoren
goed bevrucht is 't halve werk
met wat ik allemaal nalaat
in het beleggen zonder woorden
en door daden
zo kun je ook niet van iemand opstand
houden die zich verkleind heeft
tot mobieltje met enkel stembanden
te beluisteren valt en te verstaan
geeft hoe mededeelzaam bloempracht
dat er wel lijf en leden zijn om te beminnen
dat ook wil maar door jouw ogen, je ziet niets meer
dan toetsen, de kans niet schoon ziet
18.7.08
Tot de lust vergaat
maar we zijn er ook maar net uit gekomen
van alles wat nog met elkaar genomen
viel genot gelijk genoten haar schoot
te binnen en geschoren ontbloot
tot bleek de huid het ging vervelen
gleed zo 't al speet niets meer te delen
van alles wat nog met elkaar genomen
viel genot gelijk genoten haar schoot
te binnen en geschoren ontbloot
tot bleek de huid het ging vervelen
gleed zo 't al speet niets meer te delen
17.7.08
Toen de alikruiken braken
nabij de val de nacht in verdachte kleuren
pracht van opgebroken huizen en week vlees
er ploos een traag ritme dat lucht kreeg
door een adem van haar boezem uit
had ik oogcontact met dit vrouwelijk lijf
dat water omsloot van lauwer en lichaam
droog de made die omsloten raakten
vlochten rietkragen haar zachte weelde
in triest ruizen uit de kaden verzwakt
tot snorren die alles op afstand samen
bonden tot een diepdrongen vergezicht
er sprongen aderen zout van tranen
melde en lamsoren klaagden steen
en been brak overladen tot nood
alles wende zicht uit aarden slenken
het zeegat lonkte nog vanuit haar toe
ze vroeg niet meer dan rijpheid later
het klamme zweet een geile zucht
ze sprak nog drijf de spot uit mij
de zot van zuiver zout in zand
geschuurde taal gekromde ogen
schuw hout en traagheid van loom
doordrongen dijen beknelde bekken
16.7.08
Eén van velen
Voor mij pastinaak waar ik ook gelijkwaardig voor kan staan.
Ze bood mij nog haar vriendschap aan waarna, gelijk een lening afbetaald, niets meer werd vernomen. Zo luchtledig is vergankelijkheid. wat ongelukkig uitgekozen ploos ze nog wat in haar berichtgevingen na. Hoe onbegrepen toch die afstandelijkheden, beet genomen als een reisafstand. Veel genoten van die stilte stolde sindsdien alles wat uitgebroken was, zoals het zitten voor apengapen. Wat nu eenmaal voor onderbroken staat, harige wilgenrozenbossen. Een mondvol tanden zoals als dat tegenlicht geeft. Je kunt ook niet zeggen dat je van het uitzicht geniet meer dan dat het wordt genoten. Zolang in juist dat oogverblindend tegenlicht paarsrood de kroon gespannen wordt als kroon boven alles zilvergrijs daar ondertoont. Een vakterm van wat bijna ongehoord is met te zien overvliegen.
Het wordt weer groener in de avonden
De bloemen trekken zich weer samen
en zij heeft een ruimte in gericht
waar ik ook bij hoor maar
niet in pas ook al maak ik dat
naar haar zinnen ingericht aangenamer.
Ze bood mij nog haar vriendschap aan waarna, gelijk een lening afbetaald, niets meer werd vernomen. Zo luchtledig is vergankelijkheid. wat ongelukkig uitgekozen ploos ze nog wat in haar berichtgevingen na. Hoe onbegrepen toch die afstandelijkheden, beet genomen als een reisafstand. Veel genoten van die stilte stolde sindsdien alles wat uitgebroken was, zoals het zitten voor apengapen. Wat nu eenmaal voor onderbroken staat, harige wilgenrozenbossen. Een mondvol tanden zoals als dat tegenlicht geeft. Je kunt ook niet zeggen dat je van het uitzicht geniet meer dan dat het wordt genoten. Zolang in juist dat oogverblindend tegenlicht paarsrood de kroon gespannen wordt als kroon boven alles zilvergrijs daar ondertoont. Een vakterm van wat bijna ongehoord is met te zien overvliegen.
Het wordt weer groener in de avonden
De bloemen trekken zich weer samen
en zij heeft een ruimte in gericht
waar ik ook bij hoor maar
niet in pas ook al maak ik dat
naar haar zinnen ingericht aangenamer.
ik ben iets gewoonte getrouw
10.7.08
Van hoe je vrienden wordt
Hij stond daar wat
te dralen aan mijn gevel
te lezen hoe of hij
dat ook begreep
naar binnen keek
de ruggen aftaste
en verraste
alsof hij mij ook
las in lettergrepen
doorlezen
verstomde ook een ogenblik
dat nabij een afdronk
het niet klonk vanwege
de wijn die ik niet dronk
zwaar beschonken aandacht
viel toch anders met haar
zij las mij zoals zij dacht
en bedacht ook te begrijpen
wie ik ook was en wat beleden
ook nog vanuit een verleden
leefde dat toch op een haar na
bevredigde zo door en door
het schaamhaar weg gesneden
de lust toch weer verging
vervangen door dat lijflijk
heden geprezen uit de hand
genoten zonder klaarkomen
beide zijden mijn lijf schonk
niet wat zij verwrong en belde
later na haar bekomst
ik ben verliefd maar kon
niet komen vanwege ook
die angst dat wat hij in haar trof
ook hem aan zichzelf bond
de confrontatie hemelsbreed
staat uit te lezen hoe loskomen
vanuit jezelf beeld genot betrof
dat sterft waar niets anders leest
____________
het verstomde zoals het eens verstond
in opgebroken verhaal dat woordloos wordt
beleden op gevoel ook afgesneden
nimmer vertaalde laat staan verbonden
alleen voor schut gezet uit schaamte
zichzelf te zijn een walgelijk spiegelbeeld
dat iedere ochtend zichzelf opbreekt
te dralen aan mijn gevel
te lezen hoe of hij
dat ook begreep
naar binnen keek
de ruggen aftaste
en verraste
alsof hij mij ook
las in lettergrepen
doorlezen
verstomde ook een ogenblik
dat nabij een afdronk
het niet klonk vanwege
de wijn die ik niet dronk
zwaar beschonken aandacht
viel toch anders met haar
zij las mij zoals zij dacht
en bedacht ook te begrijpen
wie ik ook was en wat beleden
ook nog vanuit een verleden
leefde dat toch op een haar na
bevredigde zo door en door
het schaamhaar weg gesneden
de lust toch weer verging
vervangen door dat lijflijk
heden geprezen uit de hand
genoten zonder klaarkomen
beide zijden mijn lijf schonk
niet wat zij verwrong en belde
later na haar bekomst
ik ben verliefd maar kon
niet komen vanwege ook
die angst dat wat hij in haar trof
ook hem aan zichzelf bond
de confrontatie hemelsbreed
staat uit te lezen hoe loskomen
vanuit jezelf beeld genot betrof
dat sterft waar niets anders leest
____________
het verstomde zoals het eens verstond
in opgebroken verhaal dat woordloos wordt
beleden op gevoel ook afgesneden
nimmer vertaalde laat staan verbonden
alleen voor schut gezet uit schaamte
zichzelf te zijn een walgelijk spiegelbeeld
dat iedere ochtend zichzelf opbreekt
9.7.08
De lucht vervuld
Abonneren op:
Posts (Atom)