dit is stil gezet; ik was wat uitgesproken.

22.7.09

op handen gedragen

Er loopt een ikfiguur door het landschap, op handen gedragen, met geen antwoorden te verklappen. Moedersziel alleen weet hoe hij zichzelf, als ik, zich moet gedragen.

Niemand taalde naar een schrijfmachine om op te verhalen hoe in de schoot geworpen eenzaam ik al was.

Er vloog een regen kogels door de straten waar iedereen naar uitzag, trefzeker was de kans. Toch raakt niemand, ik die zich in een ander verplaatste, in het bijzonder op mijn gemak.

En op mijn tenen sloop ik uit mezelf eerder weg. Zo bleef niemand achter die ik kende in het opengesteld terrein van analfabeten die nooit luisteren naar een ander die ik ken

en is vermoord.

Winterslapen

Het komt weer in het gelid,
vanuit een winterslaap herrezen. De tinteling tot het herleven bij het verlaten van het huis in de avondschemer geeft de groeistuipen door aan het hart. Hoe groot het onweer dan ook was, met jaren ouder worden, genas bij het openbreken van de rose wolken ook weer het gezichtsvermogen. Het loog er niet om voor wie dat zag. Want het kan een mensenleven duren voor de hartslag versnellend klopt met waar ik zwaartekracht uit put. Dat neemt het dan ook eenvoudig in beslag.