Zo pril de eeuwen slijten aan je voeten
met jonge duinen als meisjeborsten
aangelegen om te zwelgen tegen de zeereep
waar leven domweg wegebt in vrouwenpolder
schepen achter je verbranden gaat hier ook
zonder schelpen tegen je oren hoor water
dat ook de zondvloed vertegenwoordigde
maar nu kalm tussen je tenen speelt
ik trek altijd aan het kortste eind
maar dat is nu even een versje later
nu sijpelt tijd en spijbel ik eventjes
daar is geen bijbel voor node
dit is stil gezet; ik was wat uitgesproken.
17.9.08
Abonneren op:
Posts (Atom)