dit is stil gezet; ik was wat uitgesproken.

21.9.09

Glad walstro


Het is typisch voor een dijkvoet
om daar het water te keren
terwijl ook geluid van de keerzijde
geweerd wordt, zo hoor ik op de kruin
veel Duits werkverkeer, dat huiswaarts keert
van overdag sleutelen aan een energiecentrale.
Wij hebben dat verleerd.

Aan de oever is het echter
Nederlands nat, tegen het basalt aan
glad in het verweren.

Geschoren gras leert mij
dat glad walstro hier veel muizen treft.
Mijn hond had dat zeker kunnen weten.
Helaas bevestig ik nu maar dat beeld.
Ik vroeg haar nog hoe ik dat ook kan leren.
De avondzon is schitterend,
de windmolens bevestigen afgetakeld dit beeld.
Bladstil nadenkend weer.

Gaande weg

Rottig.
Zichzelf terug verwijzen
de oorsprong weerzien
in de uitgestorven berenklauw
waar nog zoveel leven meegemoeid is.

Indalen.
Een bos dat sinds de mond en
klauwzeer pijnlijk dicht is
voor honden die niet kunnen lezen zich dan ook nooit afgewezen voelen

Bezonken
En in alle lanen lag wel
in de rede dat je op een houtje
je tanden stuk kon bijten
met uit het oogverliezen
een paniekaanval te vrezen viel

Ingedaald.
Hoe kon ik uitgerekend weten
dat juist dit bos hondvrij
gemaakt is om jou je rust te geven
zoals jij ook op jouw manier
van je soortgenoten hield
maar stiekem toegaf:
spelen geeft het meeste plezier

Finesse
Ik had je lief
in al je hebbelijk-heden
van vals kreng tot de hemel
ingeprezen een maatje voor het leven
dat heb je letterlijk vertaald
al zie ik dat je slinkt
met teveel vliegen moet delen
de aarde is goedgeefs
daarbij hier fietsen
alleen maar bijna overledenen

Klein gemis


Ik mis nog steeds bij ieder geval
de uitgestrekte poot tijdens het versnellen
het zitten bij het vaart minderen de geur uit het landschap met aandacht opgesnoven
de ogen die luisterden naar het trekken van m'n gelaat

het bewust weten wanneer de omkering naar huis toegaat
nooit eens zoekraken waar de oorsprong van de wandeling aanvangt
nooit uit het oog verliezen met wie ze gaat

altijd feilloos in staat het vertrekpunt op te sporen
enorm de oren spitsen omwille van de kleinste toonaard in de lettergreep angstig begrijpen
opdat vloeken met fluisteren gepaard om woede gaat

zelfs met honderdduizend namen weet heeft dat het op haar slaat
maar nu eindeloos stil op de kruin naar het einde staart ik haar daar zelfs niet kan vinden

zo spoorloos is zij
zo ongehoord vertrokken
zo nooit meer omzien
waar ik ook ga

Wandelen is nooit zo doelloos in staat geweest mij aangelijnd alleen in gedachten te laten
Met haar ben ik voorgoed de weg kwijt -

Geraakt.